Samenvatting
De Verenigde Staten, 1841. Solomon Northup, een vrije zwarte man uit New York, wordt ontvoerd en verkocht als slaaf. Zijn gevangenschap is een constant strijd tussen overleven en het behouden van zijn waardigheid. De behandeling is onmenselijk, de plantage-eigenaar wreed en onvoorspelbaar, de angst tastbaar. Af en toe verlichten onverwachte blijken van mededogen zijn bestaan. In het twaalfde jaar van zijn beproeving ontmoet hij een hevige tegenstander van de slavernij. Deze ontmoeting zal voor altijd zijn leven veranderen...