Magnifico

Het zit de negenjarige Magnifico en z’n familie niet mee. De schulden van de familie stapelen zich op, zijn zusje Helen kan door een hersenverlamming niet spreken, zijn broer is net van de universiteit gestuurd en tot overmaat van ramp wordt bij grootmoeder kanker vastgesteld. Magnifico begrijpt dat ze hun problemen bij gebrek aan financiele middelen niet makkelijk kunnen oplossen, dus besluit hij om zichzelf volledig ten dienste te stellen van de mensen in zijn omgeving. Of zoals hij aan een vriend toevertrouwt: alleen omdat het volwassenen zijn, betekent nog niet dat we ze niet kunnen helpen.